Het hoe en waarom van de 6 minuten looptest

De 6 minuten looptest is een simpele test om te kijken hoe goed je kunt lopen. Je loopt in je eigen tempo, zo ver als je kunt, in zes minuten. Het gaat niet om snelheid, maar om hoe ver je komt. De test wordt vaak gedaan in een revalidatiecentrum of bij de fysiotherapeut, bijvoorbeeld bij mensen met hart- of longproblemen, spierziekten of na een operatie.
Waarom doen mensen deze test?
De test laat zien hoe het met je conditie is. Artsen en therapeuten gebruiken de test om te weten hoe goed je lichaam werkt tijdens het bewegen. Ook kunnen ze zien of je beter wordt door een behandeling of training. Bijvoorbeeld als je herstelt van een ziekte of operatie.
Hoe gaat de test?
Je loopt zes minuten op een vlakke vloer, meestal in een gang. Er staan streepjes of pionnen om de afstand te meten. Je mag tussendoor stoppen of rusten als dat nodig is. Iemand van het zorgteam kijkt mee en telt hoeveel meter je hebt gelopen. Soms meten ze ook je hartslag of hoeveel zuurstof er in je bloed zit.
Voor wie is de test?
De test is voor veel mensen geschikt. Bijvoorbeeld als je longproblemen hebt, hartklachten of spierziekten. Ook mensen met etalagebenen doen deze test vaak. Bij etalagebenen krijg je pijn in je benen tijdens het lopen, omdat de bloedvaten vernauwd zijn. Ook als je gewoon wilt weten hoe fit je bent, kan de test nuttig zijn. Door regelmatig te oefenen, bijvoorbeeld met een fysiotherapeut, kun je vaak steeds verder lopen zonder pijn.
Wat gebeurt er na de test?
Na de test bespreek je de uitslag met je arts of therapeut. Samen kijken jullie wat de uitslag betekent. Misschien krijg je oefeningen of een trainingsprogramma. Soms wordt de test later nog een keer gedaan om te zien of je vooruit bent gegaan.
Wil je weten of deze test iets voor jou is? Vraag het aan je huisarts of fysiotherapeut.
Meer informatie:
Looptraining bij etalagebenen – Thuisarts.nl
